vrijdag 18 juni 2010

Nieuwe afspraken zijn noodzakelijk om de keten door te ontwikkelen



Binnen de educatieve contentketen zijn drie aspecten van belang. De vindbaarheid, de toegankelijkheid en de bruikbaarheid van digitaal leermateriaal. Eerdere initiatieven hebben zich vooral gericht op de vindbaarheid en de toegankelijkheid. Dit heeft geleid tot belangrijke afspraken over het gebruik van open standaarden. Dankzij deze afspraken is er een infrastructuur ontstaan van generieke platformdiensten die nu grote aantallen collecties digitaal leermateriaal ontsluiten. Op dit moment zijn we op een kantelpunt terechtgekomen waarbij de huidige afspraken en de infrastructuur, die hierdoor is ontstaan, niet altijd aansluiten op de behoeftes van ontwikkelaars en gebruikers. Om de verdere innovatie binnen de educatieve contentketen niet in de weg te staan, zijn aanvullende en verbeterde standaarden/afspraken vereist.

Dit keer staat bij de gewenste innovaties de bruikbaarheid van digitaal leermateriaal centraal. In de afgelopen jaren is het aanbod gestegen, maar is de vraag naar bruikbaar materiaal nauwelijks afgenomen. Uit onderzoek blijkt dat docenten behoefte hebben aan meer contextrijk leermateriaal. De oplossing ligt volgens veel experts in de verbinding tussen leermaterialen en het curriculum (leerlijnen). Hierdoor moet het voor ontwikkelaars makkelijker worden om de relaties tussen leerobjecten te laten zien en moet het voor gebruikers makkelijker worden om te arrangeren en te differentiëren. Inhoudelijke en leertechnologische afspraken werken binnen deze oplossing nauw samen. Inhoudelijke leerlijn vocabulaires krijgen een belangrijke plek binnen het metadata profiel.

Een tweede belangrijke stap ligt in de uitwisseling van leerlinggegevens en leerresultaten. Wanneer deze gegevens uitwisselbaar zijn tussen de elektronische leeromgeving, de uitgeverij en het administratieve systeem van de school, ontstaat er een belangrijke informatiestroom die gebruikt kan worden om op maat onderwijs aan te bieden. Tevens zullen de administratieve lasten verlicht worden.

Kortom, er is werk aan de winkel. Publieke en private organisaties zullen de handen ineen moeten slaan om als keten afspraken te maken, zodat de gewenste innovaties inderdaad gaan plaatsvinden.